Door Karel Vereertbrugghen
UIT ONZE AFDELING dure woorden hebben we deze keer een medische term voor u meegebracht: superfecundatie. En die heeft alles te maken met seks.
Maar eerst iets over tweelingen. Bij een eeneiige tweeling groeit één bevruchte eicel uit tot twee embryo’s. Eén eitje, één zaadje. Een twee-eiige tweeling ontstaat uit twee bevruchte eitjes. Twee eitjes, twee zaadjes. Nu hoeven in dat geval de zaadjes niet in één keer geleverd. Wanneer de dubbele bevruchting op verschillende momenten gebeurt, spreken we van superfecundatie. Maar, denkt u even logisch verder, de zaadjesleverancier hoeft daarbij niet dezelfde te zijn. Wanneer een vrouw in haar vruchtbare periode seks heeft gehad met verschillende mannen, kan haar tweeling twee papa’s hebben. Nou moe.
